Van de kleine twee uur die we in het kletsnatte maar pittoreske Sloten doorbrachten, zaten we anderhalf uur in een sfeervol restaurant. In de tijd die overbleef zagen we vanonder een paraplu alle huizen van het eeuwenoude vestingstadje. Op straat viel niets te beleven. Nou ja, we zeiden gedag tegen een kalende man die stond te roken op een achtererf. Maar dat was het dan ook. Thuis zocht ik nog even op hoeveel inwoners Sloten heeft: ruim zevenhonderd.
Als dit een roman zou zijn geweest, dan zou ik hebben geschreven dat ik vandaag in Amsterdam meemarcheerde voor het klimaat. Maar op dit blog probeer ik een directe, zo mimetisch mogelijke relatie met de werkelijkheid te onderhouden. Ik was dus in Sloten. Oók omdat ik het niet zo op mensenmassa’s heb.
Ik schaam me overigens geenszins voor mijn schrijvelarij alhier, waarin ik verteller én personage ben. Integendeel. Dit blog heeft soms zelfs—onbedoeld—iets literairs.
Met name als ik mezelf volledig op het spel zet.

Demonstreren voor een beter klimaat heeft niet veel geholpen. Het bleef regenachtig. En jij wordt 100. En ik 113.
LikeGeliked door 1 persoon
Toen ik jong was woonde ik in de straat waar alle demonstraties doorheen kwamen. Dat heeft een relativerende werking. Al was ik daar voorheen al erg goed in.
LikeGeliked door 1 persoon